Begrippenlijsten

In deze lijst kun je alle begrippen vinden die voor het eindexamen relevant zijn. Alle begrippen zijn voorzien van een illustratie.

 

De mate waarin een spier aangespannen is. Een beweging wordt gecoördineerd door twee spieren. De twee spieren die samen één beweging mogelijk maken noemen we antagonisten. Als bij de kniepeesreflex de strekspier zich samentrekt, moet de buigspier zich ontspannen. Het is echter niet zo dat de buigspier zich tijdens deze reflex helemaal ontspant. Dan zou het onderbeen een vreemde ongecontroleerde beweging naar voren maken. De buigspier ontspant zichzelf wel, maar er blijft wel spanning op de spier. Met deze spanning zorgt de buigspier ervoor dat de kniepeesreflex niet een ongecontroleerde (spastische) beweging wordt, maar dat er een "rem" op de voorwaardse beweging van het onderbeen komt.

Spierspanning3