Begrippenlijsten

In deze lijst kun je alle begrippen vinden die voor het eindexamen relevant zijn. Alle begrippen zijn voorzien van een illustratie.

 

Spiercellen hebben het vermogen om zich onder invloed van impulsen van motorische zenuwen samen te trekken. Spiercellen kunnen drie soorten spierweefsel vormen. Glad spierweefsel wat zich rond de organen en het spijsverteringsstelsel bevindt en hartspierweefsel waar de hartspier van gemaakt is. In het dwarsgestreepte skeletspierweefsel zijn geen spiercellen meer te herkennen. Vele spiercellen zijn in het skeletspierweefsel gefuseerd tot spiervezels. Spiervezels bevatten vele celkernen van de gefuseerde cellen.

Spiercellen