Begrippenlijsten

In deze lijst kun je alle begrippen vinden die voor het eindexamen relevant zijn. Alle begrippen zijn voorzien van een illustratie.

 

Bij biologische voedingsmiddelen  draait alles om leven, wat wil zeggen dat alle gebruikte producten afkomstig moeten zijn van planten of dieren. Geen chemicaliën tegen ongedierte dus, en ook kunstmest is uit den boze. Bij biologische voedingsmiddelen worden dieren op een diervriendelijke manier gehouden en krijgen ze zo veel mogelijk natuurlijke, biologische voeding. Biologisch geteelde en gekweekte voedingsmiddelen zijn niet genetisch gemanipuleerd. Biologisch in niet hetzelfde als ecologisch. Ecologisch betekent namelijk niet alleen dat gebruikte producten natuurlijk moeten zijn, het betekent ook nog eens dat alles dat je doet in overeenstemming moet zijn met de hele natuurlijke kringloop. Met andere woorden: alles in de tuin wordt gebruikt, zelfs plantaardig afval wordt als compost gerecycled. Daarnaast is het bij ecologische landbouw belangrijk dat er veel variatie is tussen de verschillende planten, en worden er zo veel mogelijk inheemse planten en dieren geteeld en gehouden. Het verschil tussen biologisch en ecologisch eten valt zodoende redelijk kort samen te vatten: ecologisch gaat verder dan biologisch.